Lava in alle vormen en kleuren!

Boven de wolken schijnt de zon!Na zo’n oversteek van 4,5 dagen zijn we toch behoorlijk moe. De douche is koud op Tenerife, maar dat geeft niet, want het is heet.
We lopen wat door de stad en zoeken de winkels met zeilspullen op. Maar die zijn het weekend dicht. Maandag weer proberen of we hier een sleepgenerator kunnen kopen.
We genieten van de stad, de rust, de planten die hier groeien. Alles is weer zo totaal anders dan Marokko. De Canarische eilanden zijn duidelijk heel erg op Spanje gericht. De Spanjaarden hebben medio 1400 dit eiland aangetroffen en het snel ingenomen en bebouwd, voordat de Portugezen dat deden. Ze spreken hier Spaans en gebruiken de euro, maar ze horen niet bij de Europese Unie. Er wordt hier niet door iedereen Engels gesproken, ondanks de vele Engels sprekende toeristen. En vooral is het hier weer schoon, geen plastic op straat, of smerigheid. En je kan hier weer een glaasje wijn drinken en bier (Dat was in Marokko nauwelijks te krijgen of peperduur). Kortom heerlijk even uit eten.

Zondag 26 oktober weten we dankzij onze i-pad dat we over moeten op de wintertijd. We drinken koffie met alle Nederlanders en leren nu ook de Tisento veel beter kennen. Daarna lopen we de haven eens uit richting het auditorium. Daarachter is in lavasteen een zwembad uitgehouwen. Het is heel ruim opgezet door dezelfde architect van het auditorium. Een heerlijke plek, waar we lekker luieren in de zon en de kinderen lekker zwemmen.

Maandag 27 oktober regelt Roelof een sleepgenerator. Hij is hier niet op voorraad in de winkels. Dus we bestellen hem bij Rob in Nederland en maken on-line geld over. Dat gaat allemaal razendsnel en die avond gaat alles al op de post naar La Gomera. Wat een service vanuit Nederland.
De kinderen doen deze dag een dubbele dag school. Ze werken hard en weten allebei 8 schoolblokken af te ronden. Dat is mooi, want dan hebben ze morgen mooi een dag vrij.
La LagunaDe middag houden we over en pakken een tram naar het dorp La Laguna bovenop de berg. Het behoort tot de UNESCO Werelderfgoedlijst. En als we er aankomen kunnen we ons dat voorstellen. Er rijden geen auto’s door de binnenstad en het is alsof de tijd hier stil heeft gestaan, sinds Columbus hier is gekomen. De huizen zijn 2 verdiepingen hoog, en hebben iets koloniaals, met houten balkonnetjes en binnenplaatsen met exotische tuinen. Het is hier heerlijk rondlopen. We eten in de avond bij een Italiaan in de tuin, Pizza en Risotto van de chef. Heerlijk.
Met de tram gaan we de steile berghelling weer af naar Santa Cruz. Het is hier weer net Spanje. Tussen de middag is alles gesloten tijdens de siësta, en in de avond vind je iedereen op straat. Nabij de haven is een enorme boulevard, waar skaters en skateboarders hun kunsten oefenen. Heel gezellig. Wouter neemt zich dan ook voor dat hij voor zijn verjaardag (of eerder) een skateboard wil vragen.

Dinsdag 28 oktober huren we een autootje. We proberen eerst een vergunning te krijgen in Santa Cruz om in het Nationale Park El Teide te mogen wandelen en de El Teide te beklimmen. Maar het blijkt dat we de vergunning in La Orotava kunnen krijgen en niet hier. Daar wilden we toch naar toe. Dus we rijden over de bergkam naar de andere kant van Tenerife, en naar de plaats La Orotava. Daar proberen we eerst het ministerie te vinden waar we de vergunning kunnen krijgen. We worden verkeerd gestuurd door het vvv-kantoor, en als het dan ook nog begint te regenen worden we allemaal chagrijnig. De vergunningen zijn al voor de hele maand november vergeven, en wij kunnen dus niets meer bemachtigen. Actie mislukt. We kunnen de top van El Teide, de laatste 200 meter, dus niet op.

We proberen te wachten tot de wolk overdrijft, maar dan kan je hier lang wachten. De wolk blijft gewoon hangen of groeit juist aan. Kortom die regen blijft. Zeiknat proberen we nog een beetje rond te kijken, maar genieten lukt niet meer. We halen wat brood en eten in een supermarkt en laten ons in de airco in de bolide weer opdrogen. We rijden verder naar het westen. Wij willen de 1000 jaar oude boom El Drago in de plaats Icod de Los Vinos wel eens zien. Leuk park, en nog even zoeken naar de juiste boom, want ze lijken hier allemaal wel honderden jaren oud.

We rijden ook nog langs een plek waar je wandelingen door de lavagrot kan maken, maar we zijn te laat, want de laatste wandelingen vertrekken om 13.00 uur. Jammer, dat had ons ook erg gaaf geleken.
Dan rijden we nog iets verder naar het westen, slingerend door de bergen, langs bananenplantages, naar de plaats Garachico. We zijn er precies met zonsondergang.
Aan de kust is de lava zo uitgehouwen door het water dat er een soort natuurlijke zwembaden of poelen zijn gevormd. We lopen er doorheen en het voelt heel grappig. Buiten de zwembaden is er een spektakel van branding en klotsende golven, terwijl het in de baden relatief rustig is. Wouter geniet van de opspringende golven en stuitert over de rotsen van enthousiasme. We lopen nog even door het dorp, maar daarna is het echt donker en rijden we terug naar onze boot en haven.

El Teide National ParkWoensdag 29 oktober. We staan al om 6 uur op en rijden om 7 uur weg met onze bolide. We kiezen een hele mooie weg uit naar de vulkaan El Teide. Het is best bewolkt, dus we denken eerst nog dat we helemaal niets van de vulkaan zullen zien. Maar gaandeweg klimmen we steeds hoger en komen we boven de wolken.
Prachtige bossen rijden we door en op de uitkijk plekjes maken we steeds foto’s. Het is prachtig, maar we moeten opschieten, want we hebben een kabelbaan gereserveerd. De laatste km is het al weinig begroeid en rijden we door de zwarte, gele en groene lavarotsen en zien de El Teide met de top op 3718 meter hoogte liggen. Wij nemen vanaf 2400 meter hoogte de kabelbaan. Het is net een kermis attractie, het gaat razendsnel en super stijl omhoog en binnen 8 minuten staan we op 3500 meter hoogte met een geweldig uitzicht om ons heen. We zijn deze hoogte duidelijk niet gewend en ons hart begint harder te pompen, er wordt gehijgd bij een stukje rennen en ook krijgen we hoofdpijn. Hoog tijd om snel aan onze afdaling te beginnen. De afdaling is spectaculair qua veranderende omgeving. Het is een maanlandschap met zwart lavasteen en nog veel meer andere kleuren. Je ziet de uitgeharde lavasporen nog lopen. De laatste uitbarsting was in 1909 en de vulkaan zou ongeveer elke 100 jaar uitbarsten. De laatste 200 meter omhoog zijn ontstaan bij de laatste uitbarsting. El Teide zou al een 500.000 jaar oude oervulkaan zijn, de derde grootste in de wereld. Je kan je er wel iets bij voorstellen als je er op staat.

De wandeling naar beneden schiet best op. Wouter en Myrthe rennen zelfs af en toe als berggemsjes naar beneden. Op een gegeven moment lopen we zelfs weer even door struiken en dan tussen rood gebergte met pikzwarte eieren lava, die naar beneden zijn komen rollen (en tijdens het rollen als een sneeuwbal groter zijn geworden). Het is een soort maanlandschap alhoewel ik nog nooit op de maan ben geweest. Eenmaal beneden rijden we weer verder naar het bergdorpje Vilaflor en daarna pakken we de zuidelijke route over Tenerife terug naar de haven. We zijn moe maar zeer voldaan.
En dan toch willen wij nog proberen wat iedereen zegt dat je niet op 1 dag moet willen proberen. We tanken (tankjes diesel vullen), we doen boodschappen bij een mega grote Carrefour. En dan willen we ook nog campinggas. Dat laatste lukt niet meer dat doen we morgenochtend wel voor ons vertrek.
Uitgeput en Wouter met fikse hoofdpijn vallen we in slaap. Toch hoogteziekte?

Donderdag 30 oktober, varen we uiteindelijk na alle voorbereidingen om 12.00 uur weg uit de haven. Helaas weinig wind, dus op de motor. En dan zien we plotseling de Volonté op de AIS. We roepen ze gauw op. Wat een ontzettende pech dat wij nu net wegvaren. We overwegen nog om terug te gaan, maar dat is ook niet echt handig als we onze spullen die naar La Gomera worden verstuurd willen ophalen. Dus we varen toch maar door en proberen later een goede afspraak te plannen.
Vandaag varen we 20 mijl naar het zuiden naar de ankerbaai Abona.
Maar onderweg worden we verrast door walvissen. Ineens zien we steeds twee waterspuiten op een mijl afstand. Roelof vaart er heen. We zien twee zwarte grote ruggen door het water schuiven. Gaaf zeg echte walvissen. Alleen welke soort zou dat nou zijn? We hebben er te weinig van gezien om daar iets over te kunnen zeggen. Grienden of
Het was kort, maar voelde spectaculair.
2 walvissen!
waterspuit walvis!

Land in zicht!

Land in zicht! Tenerife
Na 118 uur varen (4,5 dagen, waarvan helaas toch 30 uur op de motor) zijn we zaterdagochtend 25 oktober bijna bij Tenerife. Tenminste we varen om 6.00 uur in het donker zo langzaam mogelijk naar de haven bij de hoofdstad Santa Cruz (noordoosten van het eiland). We zijn nu zo ver naar het westen, dat het hier nog later licht wordt. We proberen met licht de haven in te lopen. Roelof roept keihard: “Land In Zicht” naar binnen. En nog geen seconde later stuiteren de kinderen uit bed naar buiten en zijn helemaal uitgelaten dat dit voor ons Tenerife is.

Afgelopen nacht was er weinig wind. Maar net kwam er toch even wind opzetten. Ik had de wacht en besloot om toch maar te gaan zeilen. Helaas werd Roelof, schipper in hart en nieren, daar toch wakker van en kwam buiten eens poolshoogte nemen of alles goed verliep. En ook al was het minder dan 2 BFT (8 knopen wind), we waren zo gewaarschuwd voor de windacceleraties langs de Canarische eilanden, dat we toch 2 riffen in het grootzeil zetten. Volgens de pilot kan er in zo’n acceleratie zo’n 10-15 knopen wind (3 BFT) extra bij komen. Maar helaas, de wind valt weer weg naar 2 knopen en nix + nix, weet Wouter zelfs, dat is nix.

Terwijl we in het donker langs Tenerife varen, kijken we onze ogen al uit. Wat een enorme bergen. We varen langs grote tankers die hier voor anker liggen. Twee grote cruise schepen zijn net voor ons langs gepasseerd, en door een pilotboot de haven in gebracht, waar wij zo ook vlakbij moeten zijn. Roelof en ik hadden op de plotter gekeken naar de AIS-vector, en we hadden een verschil van mening, waar het cruiseschip naartoe zou gaan. Doet mij erg goed dat ik heb gewonnen; ook al weet Roelof veel beter hoe die vectorlijn werkt, het cruiseschip veranderde van koers en deed wat ik voorspelde. YES. Ik heb zin in taart.
Auditorium Santa Cruz op Tenerife
Even later passeren we een bijzonder wit futuristisch gebouw uit 2003, wat het auditorium blijkt te zijn. Het is door de architect Santiago Calatrava Valls bedacht. Hij maakt veel gebruik van natuurlijke vormen en natuurlijke materialen, dus vulkanisch gesteente op de Canarische eilanden. Dit theater ligt bij de ingang van de haven en heeft de vorm van een zeil. Het doet mij een beetje denken aan het Sydney Opera House in Australië. Daarachter liggen minder fraai enkele boorplatvormen in de haven, en er drijft veel troep, plastic, maar ook wortels van riet of iets dergelijks.
Even later liggen we in de haven aangemeerd en kunnen we heerlijk douchen (alhoewel we onderweg nog wel een Atlantische oceaandip hebben genomen, aan het zwemtrapje achter de boot, toen het windstil werd; best eng idee om 3000 meter water onder je te hebben!).

Tijdens de oversteek vanuit Marokko hebben we zo genoten van onze sociale contacten op de ssb-radio met ons Nederlandse Netje. We hadden werkelijk contact met iedereen, van Madeira tot en met Lagos in Spanje en Rabat en Agadir in Marokko. Iedereen was onderweg en aan het profiteren van het weergat met een rustige zee, en wind uit het noorden. En het was zo heerlijk om steeds even te horen hoe het met de anderen ging. We zagen zelfs op 180 mijl afstand de Antares varen op de AIS en wisten zelfs via de marifoon contact te leggen. Bijzondere omstandigheden qua atmosfeer moeten dat zijn geweest.. Met enige weemoed bedachten we dat we de andere Nederlanders nu wellicht even niet meer zullen zien. Enkelen zijn naar Agadir en enkelen naar Lanzerot. Maar wij wilden profiteren van een iets gunstigere windhoek met het zeilen en willen iets meer opschieten, en hebben gekozen voor Tenerife. We willen toch nog steeds graag naar Dakar (Senegal) en Gambia en waarschijnlijk wordt het toch pas na kerst dat we vanaf de Kaapverden naar Suriname kunnen oversteken.

We gaan te snel…

Het is nu vijf uur in de ochtend, en we zitten nog zo’n 100 mijl ten noordoosten van Tenerife. Dat betekent dat we waarschijnlijk ergens midden in de nacht van vrijdag op zaterdag aankomen. De bedoeling was dat we zaterdag ochtend zouden aankomen, maar we gaan te snel. Nou ja, er is niet veel wind voorspeld, dus we zullen de haven ‘s nachts ook wel kunnen vinden.

We hebben echt geluk met het weer, we hebben een heerlijk bakstag windje van tussen de 10 en 15 knopen waardoor het rustig varen is. Er zijn ook niet al te veel golven dus het is ook nog comfortabel aan boord. De nachten zijn elke nacht weer pikzwart, geen maan te zien. En ondanks de prachtige sterrenhemel met veel vallende sterren is het elke ochtend toch weer een feestje als het licht wordt en de zon op komt. Ook merken we dat als het ‘s avonds donker wordt we nog allerlei dingen voor de nacht invalt op orde willen hebben. En vaak is er dan even een gestresste sfeer terwijl dat echt niet nodig is want we hebben echt alle tijd. Misschien speelt toch onbewust mee dat het donker wordt… Maar goed, als het een keer nacht is, valt het altijd weer mee.

Verder gaat het goed, we hebben nog een paar korte bezoekjes van wat dolfijnen gehad en er zijn een paar schildpadden voorbij gezwommen, dat vonden we wel erg gaaf om te zien. Wouter en Myrthe hebben nu op het voordek een “hut” gemaakt/bedacht, waar ze kunnen spelen, want verder is zo’n lange oversteek ook best saai voor ze. Gelukkig kunnen ze school doen , en zeker Myrthe kan daar een groot deel van de dag mee bezig zijn. On het mom van ‘Ik wordt misselijk als ik rechtop zit’, maakt ze haar sommetjes liefst liggend/hangend in de kuip. Nou ja, als de antwoorden maar goed zijn.

Nou verder is er niet veel te melden, maar we zien er wel weer naar uit om aan te komen, en natuurlijk om na vier dagen weer land te zien! Groeten vanaf de White Witch.

Positie: 29°49.6′ N 14°47.0′ W

Position Update White Witch

We vorderen gestaag. We hebben de afgelopen 24 uur steeds kunnen zeilen. Vanmiddag kwam er een grote groep dolfijnen op bezoek. Echt prachtig, ze sprongen uit het water en eentje maakte zelfs een halve salto. We hebben de muziek hard aangezet, geen idee of dat helpt maar ze bleven een hele tijd met ons mee zwemmen. We zaten allemaal op de voorpunt van de boot en hebben ervan genoten. Wouter en Myrthe straalden van top tot teen.

Op dit moment varen we 150 NM ten noordwesten van Agadir. We hebben een rustig windje (ca. 12 knopen) en een prachtige sterrenlucht die je goed kan zien omdat er helemaal geen maan is. Doordat het zo donker is zie je in de boeggolf en ook in het zog van de boot allemaal oplichtende algen, die lichtflitsjes afgeven, echt een betoverend gezicht.

Het is nog ongeveer 265 NM naar Tenerife, waar we verwachten zaterdagochtend aan te komen. Verder proberen we Wouter en Myrthe overdag wat les te geven, maar dat valt niet altijd mee. We hebben een speciaal zeilprogramma, zodat ze minder hoeven te doen als we varen. Een ander “hoogtepunt van de dag” is het gesprek met de andere boten via de kortegolf zender. Het is altijd leuk om te horen hoe het met de anderen gaat. Afgelopen nacht waren er ook wel wat problemen, Di, een turkse vrouw die solo zeilt, had problemen met de motor, en is terug gegaan naar Rabat, zeker drie boten zijn in visnetten vast komen te zitten, en bij de Antares heeft de stuurautomaat het begeven. Gelukkig werkt onze stuurautomaat weer als vanouds en hebben we verder ook geen grote problemen zodat we ook echt van het zeilen kunnen genieten.

We merken dat we steeds zuidelijker komen en later in het seizoen waardoor enerzijds de koelkast langer moet koelen in de hitte en dus meer stroom verbruikt en anderzijds de dagen korter zijn waardoor de zonnecellen minder stroom opleveren. Na 60 uur varen zijn de accu’s dan ook half leeg, dus we hebben nu ons aggregaatje maar even aangezet dat achter op de boot staat te brommen. Misschien toch nog maar even op de Canarische eilanden naar een sleepgenerator kijken, om bij dit soort langere oversteken voldoende strooom te kunnen maken zonder dat gebrom.

Onze positie is: 31°26.2’N 12°19.3’W

Op naar de Canarische Eilanden

Vandaag (maandag 20 okt.) staan we rustig op in de verwachting dat we morgen naar Madeira zullen vertrekken. Hoe anders kan het lopen… Gisteren heb ik op basis van de GribFiles en de eigenschappen van onze boot, doorgerekend wat een goede bestemming is met weinig motoren, want daar houden we niet van. Als we vandaag kunnen vertrekken zijn de Canarische Eilanden redelijk goed te bezeilen, kunnen we pas morgen, dan kunnen we beter naar Madeira varen. En aangezien de haven pas morgen open gaat wordt het Madeira, zo dachten we toen.

Om twaalf uur horen we van de Ojala dat de haven toch vandaag open gaat, en dat terwijl dit gisteren nog tot de absolute onmogelijkheden behoorde…, maar dan moeten we wel nu weg want het is nu hoog water en als we te lang wachten krijgen we de ebstroom tegen de golven uit de oceaan. We overleggen kort en besluiten te gaan, de Canarische eilanden hadden onze voorkeur, en dan schieten we lekker op. In “no time” tanken we water, betalen de haven, gaan we met ons schip langs de douane en nog geen uur later varen we onder begeleiding van een loodsboot van de haven, samen met de Puff en de Ojala de oceaan op. We zijn nog wel enigszins gestresst van al het gehaast, maar ik ben toch blij dat we weer vertrekken. Marokko was erg leuk, maar het is nu ook weer tijd om verder te gaan. Ook merk je dat het echt een ander land is, waar er met name voor vrouwen minder vrijheden zijn. Ik vind het daarom lastig me er echt thuis te voelen.

De golven bij de ingang zijn nog behoorlijk hoog als je er doorheen moet varen. Van de kant ziet het er rustig uit, maar het zijn toch een paar flinke bergen water waar je tegenop moet klimmen met je bootje. Eenmaal op de oceaan kunnen we lekker zeilen. We varen op ca. 20 mijl uit de kust en komen tegen het donker wat vissersboten tegen, die netten uitzetten. Ze zijn “verlicht”, maar daar is dan ook wel alles mee gezegd. Goed oppassen dus. We hebben geluk en komen niet vast te zitten. De eerste nacht moeten we nog wel een flink aantal uren motoren, maar ‘s ochtends komt er wind en kunnen we heerlijk zeilen. We schieten dinsdag goed op totdat… de stuurautomaat opeens de verkeerde kant opstuurt. We proberen van alles, maar hij geeft steeds grotere stuur uitslagen en we lijken wel een dronkeman op zee. Ook na resetten van het kompas en opnieuw kalibreren van het kompas (Aranka, vaar even een stabiele koers midden op zee met minder dan een graad afwijking…) blijft het hommeles. We moeten oppassen dat we geen klapgijp maken. Dan maar zelf sturen, maar om dit nog drie nachten te doen, waarbij je elkaar steeds moet wakker maken als je bij het roer weg moet, dat zie ik echt niet zitten. We kijken naar alternatieve havens, Agadir, nog minstens 24 uur varen, dan komen we ‘s nachts aan en daar kan je niets repareren, Lanzerote, nog 48 uur varen, ook niet echt lekker. Als laatste truuk besluit ik het apparaat helemaal te resetten naar de fabrieksinstellingen. En… gelukkig! dat werkt. Wij kunnen dus doorvaren richting Tenerife waar we verwachten zaterdag ochtend aan te komen. Nu zit ik heerlijk onder de sterrenlucht dit berichtje te typen terwijl Aranka en de kinderen slapen en… de stuurautomaat stuurt!

Postitie: 32º33’0 N en 10º25’5 W

Cruising Maroc per… auto

Het ziet er naar uit dat we nog zeker tot volgend weekend (18-19 okt) in Rabat liggen. Enerzijds doordat de wind nu uit het zuidwesten komt ipv het gewenste noorden, en anderzijds doordat de haven de komende dagen op slot gaat ivm te hoge golven en bijbehorende brekers bij de ingang.
Het is nog steeds herfst vakantie bij ons en we besluiten om nog een tocht door Marokko te maken naar het noorden, en in ieder geval naar Chefchaouen. We huren een auto wat hier wel erg gemakkelijk gaat. Je belt een verhuurbedrijf, 5 minuten later wordt je opgehaald in de haven en een kwartiertje later heb je een auto mee. Krassen en deukjes worden niet opgeschreven, die worden gezien als normale gebruikssporen in het Marokkaanse verkeer.

Dinsdag avond (14 okt) is er nog een borreltje bij de Win2Win die vandaag ook in Rabat zijn aangekomen. Zij hebben een zware tocht gehad, veel wind, hoog aan de wind en zeeziekte. Blijkt maar weer hoe het kan verschillen met het weer want wij hadden een heerlijke tocht naar Rabat toe. Het is gezellig om bij te kletsen en we krijgen nog een hoop tips van Leon en Frieda die eerder ook naar Chefchaouen zijn geweest.

Woensdag ochtend is het de bedoeling vroeg te vertrekken, maar voordat we alles ingepakt hebben is het toch weer elf uur, maar dan zijn we ook op pad. We tanken eerst, want anders dan in Nederland krijg je de huurauto hier leeg mee en lever je hem ook weer leeg in. Dan rijden we eerst naar Moulay Bousselham, waar een rivier in een prachtige delta loopt voordat hij de zee in stroomt. Op goed geluk gaan we met een gids mee die ons de delta per boot laat zien. Dat pakt erg goed uit, onze gids Ahmed weet heel veel van vogels en heeft zelfs een Nederlandse vogelgids waar hij ons de vogels die we zien in aanwijst. Zo weten we nu dat we de Witte en Blauwe reiger, de Scholekster, de Grutto, de Regenwulp, de Juveniel, de Steenloper en de strandplevier met 3 tenen en gewone strandlopertjes hebben gezien. Helaas zijn er nu geen flamingo’s die hier ook vaak te zien zijn, maar dat wordt meer dan goed gemaakt door het prachtige uitzicht over de delta.
We zien ook vissers die naar krabbetjes vissen met grote netten die ze over de bodem trekken. De krabbetjes worden weer gebruikt als lokaas bij het vissen op zee. Vandaag liggen overigens alle vissersbootjes op de rivier want de branding die ervoor zorgt dat de haven in Rabat gesloten is zorgt er ook voor dat de vissers hier niet kunnen uitvaren.

Na ons boottochtje rijden we verder naar Chefchaouen via binnenwegen door het Rifgebergte. We lezen in de gids dat hier cannabis in grote hoeveelheden wordt geteeld waar maar liefst 800.000 mensen werkzaam in zijn. Er wordt geprobeerd om mensen om te scholen naar gids, maar 800.000 gidsen… Maar het Rifgebergte is ook prachtig om te zien en we genieten van het uitzicht terwijl de hellingen steeds steiler worden. Ons autootje (Citroën C1) heeft het er maar zwaar mee. In Chefchaouen zoeken we naar het hotelletje Dar Dalia dat ons door Leon en Frieda is aangeraden. Iedereen die we het vragen weet ons met grote stelligheid te vertellen waar het is, maar ze wijzen allemaal een andere richting op. Helaas hebben we alleen een kaartje in de Lonely Planet waar nauwelijks straatnamen op staan en na een paar rondjes te hebben gereden vinden we gelukkig een goede kaart op straat. (De telefoon met Marokkaanse simkaart is ermee opgehouden, dus geen GoogleMaps). Nu we weten waar we zijn, hebben we het snel gevonden. Het is een leuk hotelletje, vlak bij de medina van Chefchaouen. Wouter en Myrthe vinden vooral de schildpadjes bij de fontein erg leuk. Als we terug zijn van onze reis willen ze als huisdier nu geen hond meer maar schildpadden, ratten en een poes…

Chefchaouen wordt ook wel de blauwe stad genoemd. De huizen in de medina zijn wit en aan de onderkant blauw geverfd. Ook de straten zijn deels blauw geverfd, wat een gezellige en frisse aanblik geeft van de oude medina. Als we het hotel gevonden hebben begint het al donker te worden, en we gaan snel op zoek naar restaurant Aladdin, waar je lekker kan eten met een prachtig uitzicht over de stad. Het stadje doet zijn reputatie eer aan, want de medina is inderdaad erg leuk.
Donderdag bekijken we nog de burcht van Chefchaouen en slenteren we door de medina voordat we de auto instappen die natuurlijk goed bewaakt is…, zo heeft Marokko zijn eigen betaald parkeren. We rijden richting Tanger en Aranka zoekt in de gids een volgende leuke bestemming. Tétouan blijkt een prachtige plaats, zie onderstaand stukje uit Wikipedia:

De medina (oude stad) van Tétouan staat op de Werelderfgoedlijst van de UNESCO. De binnenstad is zeer karakteristiek en traditioneel. Men vindt hier bijvoorbeeld veel oude witte huizen, enkel laagbouw (zie foto). Overal in de stad ziet men mensen die oude ambachten beoefenen, zoals wevers, juweliers en leerbewerkers. Toeristen probeert men hier ook vaak tapijten te verkopen. Verder lopen er veel dieren rond in de medina.

Nou, dat kunnen we niet laten lopen en we zoeken een leuk hotelletje in de Lonely Planet. Als we het hotel El Reducto proberen te vinden, komen we langs erg steile weggetjes, waar onze C1 het bijna begeeft, maar in de eerste versnelling met een slippende koppeling komen we toch de helling op. Even later lopen we helemaal vast als we midden op de plaatselijke markt terecht zijn gekomen. Dan is zo’n klein autootje wel weer een voordeel… Na twee rondjes hoor ik toevallig Nederlands praten, en snel vragen we de weg aan een familie Nederlandse Marokkanen of Marokkaanse Nederlanders… We zetten de auto neer en lopen verder naar het hotel wat in de medina ligt en waar je inderdaad helemaal niet met de auto komen kan (dat hadden we niet gezien op het Lonely Planet kaartje…)
Het is een prachtig hotel, met mooi mozaïek en een heerlijk dakterras. We weten nog wat van de prijs af te praten, gaat nu ook makkelijker nu het geen hoogseizoen is. De kinderen vinden het een geweldig hotel, want ze hebben 2 hele jonge katjes en in de hotelkamer een soort eigen zoldertje waar ze knus met zijn tweeën slapen.
De Medina is inderdaad heel authentiek en we zien er nauwelijks toeristen. We verdwalen zoals gewoonlijk maar vinden na een tijdje ook weer de weg terug. We zien hier ook meer Spaanse invloed zo ver in het Noorden. Ook zien we Berber vrouwen uit het Rif gebergte, meestal herkenbaar aan een strooien hoed.

De enorme hoeveelheden groente en fruit die zijn uitgestald zijn opvallend, zeker omdat je maar heel zo nu en dan iets verkocht ziet worden. En zo in de zon uitgestald zal het ook niet heel lang goed blijven…. Het ziet er in ieder geval allemaal heel vers uit.
Verder staat dit gebied bekend om zijn cannabis-teelt. Echter zien wij er behalve plastic zakjes met gedroogde blaadjes te koop, verder weinig van. Wel zagen we onderweg bananenteelt.

Vrijdag hebben we een heerlijk ontbijt in het hotel, als Wouter probeert zijn sinaasappelsap in een eigen beker over te schenken, wordt het (uiteraard) een grote bende. De vrolijke hotelbaas neemt Wouter mooi beet en doet alsof hij boos wordt en vraagt aan Wouter een euro om het weer schoon te maken. Eerst snapt Wouter het niet, maar dan kleurt hij diep rood, en rent dan naar boven om een euro uit zijn portemonnee te halen. Later krijgt hij de euro terug, hij is er bedremmeld van en heeft zijn lesje wel geleerd. Als we weg gaan zijn de Hotelbaas en Wouter dikke maatjes.


Vandaag rijden we terug via Assilah aan de kust. Hier vallen ons de brekers op die in de haveningang staan. Hier wil je niet tussen varen en ook hier valt het op dat alle vissersbootjes in de haven liggen. Assilah zelf is een leuk plaatsje, maar omdat het vrijdag is is alles dicht, dus dat is jammer. Er is mooie kunst op de muren en hier zijn de meeste huizen wit geverfd. Maar alle winkeltjes met traditionele nijverheid zijn er vandaag dus niet. We gaan nog op het piepende geluid af van poesjes. En ja hoor, even later zien we 2 kittens, nog met dichte oogjes piepend over de stoep rollen. Ze kunnen nog nauwelijks lopen en roepen om hun moeder. Het liefst willen de kinderen ze meenemen net zoals de Batjar heeft gedaan. Maar dat zien wij niet zitten en het kost enige overredingskracht om de kinderen weer mee te krijgen…


We rijden terug naar Rabat en doen nu we toch een auto hebben nog even goed boodschappen in één van de zeldzame supermarkten van Rabat. Compleet afgeladen brengt de C1 ons weer netjes in de haven. Ik tank ook nog even alle Jerrycans vol met diesel en dan leveren we de auto weer in, wat zo mogelijk nog soepeler gaat dan het huren. Ik bel het verhuurbedrijf en vijf minuten later is dezelfde vriendelijke meneer in de haven, vraagt of we een prettige reis gehad hebben en neemt de auto weer mee. ‘s Avonds eten we lekker in een restaurantje bij de haven en dan slapen we weer “thuis” op onze eigen boot.

De haven is de komende dagen nog gesloten en we kunnen dus niet weg. Zoals het er nu naar uit ziet kunnen we maandag de 20ste of dinsdag weg. We hebben dan ook een paar dagen goede wind richting de Canarische eilanden. Zaterdag drinken we met de bemanning van de Win2Win, de Ojala, de Puff en de Symina waarop een Turkse vrouw solo vanuit Istanboel is komen zeilen. Verder doen we klusjes aan de boot zoals het vastsjorren van extra dieseltanks op het dek en strak zetten van de verstaging. Verder beginnen we ons voor te bereiden op de tocht naar de Canarische eilande, die naar verwachting ca. 4 dagen duurt. Nu maar hopen dat de haven inderdaad weer open gaat, en er een beetje gunstige wind staat.

De Blauwe Stad

Het is hier heet, het regent niet vaak. Er zijn veel hotels en cafe’s met internet, dat is fijn, want dan kan ik clash of clans en Paul spelen.
Paul is een raar wezentje zonder armen en benen. Je kan hem schoenen en een zonnebril aandoen en je kan hem wassen en eten geven. Myrthe noemt die van haar Paula.

We hebben een auto gehuurd en we zijn naar Chefchaouen gereden. Het was leuk, onderweg zagen we veel bergen en zand. Ik speelde met koala en op de i-pod. Gisteren hebben we een boottocht gemaakt, dat weten jullie nog niet. Het koste 200 dirham, en we hebben een stukje gevaren. Iets van een uur. En ik mocht ook even sturen met de motor van 90 pk. Het was op een meer en we hebben heel veel vogels gezien!
(mamma: grutto, regenwulp, juveniel, strandlopertjes ofwel strandplevier met 3 tenen en gewoon, witte en blauwe reiger, meerkoet, scholekster en steenlopers. Jammer genoeg geen flamingo want die zitten meestal ook in de blue lagoon van Moulay Bousselham).

Chefchaouen is leuk. Daar moet je vooral naartoe gaan. De hotels zijn erg leuk (Dar Dalia is waar wij zitten). Er staan overal politiemannen en het is net een doolhof. Het heet de blauwe stad, want alle huizen zijn blauw geschilderd.

Doei bas, doei klas, doei lise-luz, floris en Ruben, doei iedereen. Tot volgend jaar.

Maroc


De aankomst in Rabat is uitermate plezierig. We meren af aan de meldtsteiger samen met de Ojala die vlak achter ons binnenloopt. Er is een team met douane, veiligheid en wie weet nog wat meer aan medewerkers dat ons meeneemt om de papieren in te vullen. We worden parallel geholpen met de Ojala. Wat een luxe vergeleken met de lange wachtrijen op een vliegveld of bij aankomst met de veerboot in Tanger. Nadat we de formulieren hebben ingevuld volgt er nog een pro-forma controle aan boord met drie man waarbij het doel lijkt te zijn, geen moeilijke vragen stellen en vooral niets vinden! Dat lukt en daarna zoeken we een plekje in de haven vlak bij de Volonté en de Batjar die hier ook liggen.

Nadat we liggen merken we ook hoe moe we zijn. Wouter en Myrthe lijken echter een nieuwe onuitputbare bron van energie te hebben als ze Jesper en Thomas van de Volonté weer zien, en rennen van het ene naar het andere schip. ‘S Avonds is er door de Batjar een steigerborrel georganiseerd waar ook de Nederlandse ambassadeur nog langskomt. Hij was door Stephan van de Batjar uitgenodigd en hij vind het geloof ik wel leuk om -tussen de recepties door- met ons zeilers te kletsen. Als hij onze kinderen en de kinderen van de Volonté ziet vraagt hij wel direct “Moeten zij dan niet naar school?”…
Het was erg gezellig maar we zijn ook doodop na twee nachten doorvaren en gaan op tijd naar bed.

IMG_0429.JPG

Woensdag kijken hoe het met de school voor deze week staat..Niet zo best, want er is de laatste twee dagen niet zoveel gebeurd, dus er moet nog behoorlijk wat rekenen en taal worden ingehaald. We hadden het idee om vandaag de vakantie te laten beginnen, maar met zo’n achterstand vinden we dat niet zo’n goed idee, dan heb je ook geen lekkere vakantie. We besluiten dus om deze week nog even flink onze best te doen en dan de volgende week vakantie te houden. Ik doe met Myrthe drie rekenlessen, en ik geloof evenveel boze buien tussendoor (ik bespaar jullie de details, maar haar boze buien doen zeker niet onder voor die van mij toen ik klein was…Ik geloof dat dit voor Aranka en mij nog vermoeiender was dan voor Myrthe, maar… uiteindelijk hebben we het af en keert de rust weer terug op de White Witch.
Anna van de Ojala heeft in Rabat gewoond voordat ze op zeilreis ging, en geeft ons veel nuttige tips, o.a. het telefoonnummer van een gids Mohammed die veel kan vertellen over Rabat. Aranka maakt een afspraak met hem voor de volgende dag.
Verder doen we deze dag niet zoveel en ‘s avonds lopen we nog een stukje door de Medina (oude binnenstad) van Salé waar het een drukte van jewelste is, met allemaal kleine winkeltjes.


Donderdagochtend rijden we met onze gids Mohammed en de bemanning van de Puff eerst naar Chellah, een prachtig gebied met oude ruïnes, prachtige bomen en planten en, hoogtepunt voor Wouter en Myrthe, heeel veel poezen. Mohammed vertelt ons alles over het ontstaan van Chellah, de Romeinse tijd waarbij Chellah onderdeel uitmaakte van de grens van het Romeinse rijk en de latere Islamitische periode. Het is erg interessant en met de verhalen komen de ruïnes tot leven en kan je je goed voorstellen hoe het er hier duizenden jaren geleden uitgezien heeft.

Na Chellah bezoeken we de Hassan Toren die onderdeel uitmaakt van een nooit afgebouwde moskee. Twee keer is het geprobeerd deze Moskee te bouwen, maar opdrachtgevers gingen dood of andere rampspoeden vonden plaats. Volgens het plaatselijke gebruik is het dan onverstandig om het af te maken. Nu staat er een kleine moskee naast en is er ook een mausoleum van koning Mohammed V.

Als laatste bekijken we de Kasbah van Rabat die enerzijds dienst deed om de bevolking te beschermen als de stad werd aangevallen, maar ook gebruikt werd om huurlingen uit het oosten van Marokko te huisvesten, die meedogenloos optraden tegen de bevolking als er rebellie was.
We eindigen in de Medina, die gezellig en ontspannen is. Dat is wel heel anders dan toen ik hier ca. 25 jaar geleden met Ron rond liep. Toen werden we continue aangesproken om toch vooral een gids te nemen, of een kleed te kopen. Vrijdag maken we de school voor deze week helemaal af! Ik mats Wouter en Myrthe wel een beetje door de laatste oefeningen taal mondeling te doen waardoor de laatste blokken geen uur maar slechts enkele minuten kosten. En dan begint voor onze kinderen een echte hele week schoolvakantie en voor ons ook.
Daarna gaan we met het pontje (roeibootje, hoe romantisch…) naar de overkant van de rivier waar Rabat ligt, en zwerven die middag door de Medina en later ook door de nieuwe stad.

Zaterdag gaan we met de trein naar Fėz, een reis van drie uur. Gelukkig hebben we een goede zitplaats, en de trein is toch een heerlijk vervoermiddel, je kan lekker zitten en uit het raam kijken terwijl je naar je bestemming wordt gebracht. In Fėz lopen we van het station via het Joodse kwartier (Mellah) en “New Fès” (Fès el-Jdid) naar de Medina. Wouter moet echt even wennen aan Fès en houdt een geëmotioneerd betoog om toch vooral een taxi te nemen. Maar eenmaal in de Medina vindt hij het opeens interessant worden, en rent hij samen met Myrthe van het ene winkeltje naar het andere.
Alhoewel we proberen de route van de Lonely Planet gids te volgen, lukt dat toch niet helemaal, en zijn we binnen de kortste keren de weg kwijt. De Medina in Fès is een enorme doolhof van smalle straatjes, die door elkaar heen kronkelen, soms doodlopen, of je in een cirkeltje terug brengen naar waar je vandaan kwam. Oh ja, naambordjes, daar doen ze natuurlijk niet aan… Gelukkig kan je altijd de weg vragen en even later staan we toch voor “Dar Victoria”, een hotelletje in de Medina dat ons door Maarten van de Ojala is aanbevolen. Van buiten ziet het er niet bijzonder uit, maar dat verandert volledig als we binnenkomen. In de centrale hal is het een en al pracht en praal, met prachtige mozaïeken en marmeren pilaren. ‘S Avonds vertelt de Française die het hotel runt, ons van alles over de mozaïeken en hoe ze het hotel heeft opgeknapt. Bijzonder is dat -als je goed kijkt- je in de mozaïeken ook afbeeldingen van andere godsdiensten dan de Islam terugvindt. Er zijn afbeeldingen van mensen en dieren (niet toegestaan in de Islam), een davidsster en boeddhistische afbeeldingen.

Middags lopen we de Medina weer in, en dwalen heerlijk rond. Als we een telefoonwinkel zien kopen we een lokaal sim-kaartje, waarna GoogleMaps ons verder de weg wijst, toch handig… We komen langs eindeloos veel winkeltjes, die kleding en kruiden verkopen, metaal bewerken, hout bewerken en natuurlijk de leerlooierijen waar Fès bekend om is. Tegen de tijd dat het donker wordt komen we weer terug inde wijk Rcif waar ook het hotel ligt.

Zondag beginnen we met een heerlijk ontbijt in het hotel, we krijgen alle aandacht, maar zijn ook, zover we kunnen overzien, de enige gasten. Wouter en Myrthe zijn helemaal happy want ze hebben internet en dat betekent nieuwe spelletjes op de I-pad. Na het ontbijt lopen we weer de Medina in en lopen langzaam richting station. We gaan vandaag met de trein naar Casablanca, een treinreis van ca. vier uur. Gepakt met wat stokbroodjes met ei die je hier voor een paar dirham koopt en een fles water gaan we de trein in. Helaas…., de trein is bomvol en alle zitplaatsen zijn al bezet (de trein komt uit Marakkesch). Mijn enthousiasme voor de trein wordt weer iets minder, maar gezellig is het wel en het doet me ook wel weer denken aan de Interrail reizen die ik vroeger met o.a. Ron maakte. Gelukkig hebben we het laatste stuk naar Casablanca wel weer een zitplaats.

In Casablanca worden we door een groot aantal taxichauffeurs aangesproken, de een wil nog meer dan de ander. Het is ook lastig, je hebt “Grand Taxi’s”, dat zijn meestal oude Mercedessen die met meerderen gedeeld worden en “Petit taxi’s” waar je met maximaal drie personen in mag (tenzij je extra betaalt natuurlijk…). We lopen eerst maar even weg van het station en vragen dan de weg. Het hotel dat we hebben uitgezocht ligt aan de kust bij Corniche, en er blijkt een bus naartoe te rijden. Bij het eindpunt van de bus is het toch nog wel een stukje lopen, en dat is anders dan het kaartje van de Lonely Planet aangeeft. Ook GoogleMaps geeft iets anders aan… Tot ik goed kijk, en zie dat als je bij. google ons hotel intypt, er een marker op de kaart verschijnt, met de naam van een ander hotel. Van de marketiers bij KPN heb ik begrepen dat dit de doortraptere marketing trucs zijn, waarbij je GoogleAdd-words koopt van de concurrent. Blijkbaar wordt de Lonely Planet ook geschreven met GoogleMaps… Het is nog wel een klein uurtje lopen, maar het is een leuke boulevard waar we langs lopen en Wouter en Myrthe hebben de grootste lol en rennen heen en weer. Als beloning gaan we maar bij de McDonalds eten die naast het hotel zit, het is al laat en we hebben wel genoeg gelopen.

Vandaag, maandag 13 oktober, lopen we eerst over een prachtig breed strand naar het mausoleum Sidi Bou Abderrahmane, dat vroeger alleen met laagwater bereikbaar was. We zien het al van ver liggen en het zijn een paar traditionele huisjes op een rots in de zee gebouwd. Er loopt nu een brug naar toe, maar het blijft een erg leuk mini dorpje en op de rotsen heb je een prachtig uitzicht op de oceaan.

Hierna nemen we de bus naar de Moskee Hassan II. Dit is de op twee na grootste moskee die van 1987 tot 1993 gebouwd is, deels boven het water, conform de koran die zegt dat Gods troon gebouwd is boven water. Het is een enorm gebouw, met titanium deuren zodat ze niet corroderen zo vlak bij zee en een dak wat open kan schuiven. Er kunnen 25 duizend mensen in met aparte ruimtes op de eerste verdieping voor vrouwen. De minaret is de hoogste ter wereld (200 meter), maar ondanks al de deze overtreffende afmetingen en dure materialen, kan ik het toch niet echt mooi vinden. Het is gewoon te groot, denk ik. Wel leuk is dat we er in kunnen met een rondleiding door een overigens verrassend westers uitziende vrouw die ons van alles over de moskee vertelt. Onder de moskee is nog een enorm badhuis, maar dat moet nog steeds in gebruik genomen worden, wordt elk jaar gepland, maar gebeurt steeds niet, begreep ik van onze gids. Ik moet Wouter ervan weerhouden om erin te springen, alhoewel, anders was dat in gebruik nemen ook meteen geregeld…

Na de moskee Hassan II lopen we nog een route die in de Lonely Planet staat beschreven, door centraal Casablanca langs mooie gebouwen uit de Franse koloniale tijd (Mauresque style, 1912-1924). de gebouwen zijn een mix van de Franse Art Deco en de traditionele Marokkaanse stijl. Leuk om langs te lopen en als we klaar zijn begint het al te schemeren. We nemen een trammetje naar het station en daar kunnen we bijna direct in een trein naar Rabat stappen (die, geloof ik, een heleboel vertraging had, want hij stond op geen enkel bord, maar hij reed we goed door). Het is lekker als we rond negen uur weer op onze boot aankomen, voelt toch echt een beetje als thuis komen.

Aanloop Rabat

Van Portugal (Faro) naar Rabat hebben we in twee nachten en een dag gevaren, van zo-avond 5 oktober t/m di-ochtend 7 oktober. We begonnen wat rommelig met behoorlijke golven, maar we wisten dat het af zou nemen. We waren er op voorbereid dat we zelfs zouden moeten motoren, maar dat bleek gelukkig niet nodig.

Onderweg school doen lukt ons niet zo goed. Myrthe is heel hangerig en wordt zeeziek als ze overeind komt. Bovendien, als Roelof en ik in een wachtloop systeem zitten hebben we beperkte energie om ze te stimuleren en hun schoolboeken erbij te pakken. Alleen Wouter wil nog weleens wat doen. Kortom ze hangen op het bed, zitten op de elektronica spelletjes te doen, kijken een film of luisteren naar een voorleesboek. Wouter let vooral op wanneer het tijd is voor iets lekkers en zou het liefst om 11 uur al chips willen. Maar noodles werken ook heel goed onderweg voor de zoutbehoefte en vulling.

Het is vooral in de nacht prettig te weten dat enkele mijlen bij ons vandaan ook de Ojala en de Puff zeilen. Af en toe roepen we elkaar op op de marifoon, om even iets uit te wisselen. Zo heeft de Ojala een geweldige koers recht op Rabat, en wij niet. We horen dat zij op twee oren varen en gaan dat daarna ook eens proberen. De wind komt pal van achteren dus dat lukt best aardig. Wel gaan er af en toe enorme schokken door het schip, omdat we door de deining net even geen wind vangen en daarna weer wel. Maar we blijven toch netjes 4-5 knopen lopen en dat is uitstekend. Het kan zijn dat we te vroeg bij Rabat aankomen (voor hoogwater), maar dan wachten we daar wel.

In de nacht zien we op 500 meter dieptelijn een groep van zeker 5-6 vissers varen. Inmiddels hebben we de wind tegen en zijn aan het kruisen. Rabat is niet meer dan 15-20 mijl verderop. We mijden vooral de plek waar de Volonté in de de visnetten is vastgelopen. Maar dan varen we wel dwars tussen de vissers door. Roelof bespreekt op de marifoon dat hij voor de vissersboot langs wil. Maar de visser spreekt een hoop talen, maar Engels juist weer minder goed. Roelof geeft het dan ook in het Frans aan. De visser wil juist dat we achterlangs gaan, maar wij weten niet wat ie voor netten achter zich trekt, dus dat lijkt niet zo’n goed idee. Dan doet Roelof even de motor erbij en de visser groet ons met oké captain.

En dan zien we het licht worden en zien we Rabat liggen.
Spannend hoor, om zo’n ander werelddeel aan te lopen met je eigen zeilschip. Het is spannend met een gevoel van trots door elkaar. Heel gek.
Vlak bij de ingang kunnen echt brekers staan. We roepen de haven op om te vragen of we binnen kunnen lopen en of ze ons met een pilot kunnen begeleiden. Ze geven aan dat we nog even moeten wachten. Dus we hebben alle tijd om de aanloop van de rivier goed te bekijken. De deining geeft nog flinke brekers op de havenhoofden bij de ingang, maar verder zien we geen brekers. Van buiten is het alleen lastig om de rivieringang te zien.
Na 30 minuten komt de pilot. We wachten nog even op de Ojala en dan varen we samen naar binnen. Geweldig, langs de oude stad en moskee en oude vissersboten. Wel een verrassing hoe je de rivier op moet varen, dat hadden we inderdaad niet graag in het donker gedaan, die route zie je wel op de pilot, maar is op zicht niet zomaar duidelijk.
En dan worden we keurig naar de inklaringssteiger gebracht.
We zijn in Marokko. Het voelt echt geweldig. Zeker als we verderop in de haven ook de Volonté zien liggen. Met onze Hollandse enclave zijn we weer goed aangekomen en we zijn blij dat het zo goed is verlopen.