6 mei 2013 – Terug naar het IJsselmeer

Zondagavond controleren we de motor (spanning V-snaar, oliepijl, waterfilter, dieselfilter). We vinden onder de motor een hele plas koelvloeistof. Ook in de bilge staat een paar liter koelvloeistof. Maandag ochtend gebeld met een medewerker van Oranje Marine die de motor net een service beurt heeft gegeven. Conclusie is of a. een lek, of b. lucht in de leiding, of c. te veel koelvloeistof in het systeem. Ik kijk of we op Terschelling nog een monteur kunnen vinden maar die kan pas in de middag en wij wouden vandaag (maandag) gebruik maken van de noord-oostelijke wind om weer richting IJsselmeer te gaan. Morgen is er nog een mooie dag met oostenwind en vanaf woensdag draait de wind naar het zuidwesten dus dan wordt het kruisen tegen de wind in. Dan maar zelf even kijken, is ook leuker en leer je meer van. Als de derrie onder de motor is opgeruimd laten we de motor draaien om te kijken of het ergens lekt, maar er is niets te zien. Ik controleer het koelvloeistof nivo en dat lijkt ook goed. Als we de motor hard laten draaien komt er inderdaad een straal koelvloeistof uit de overloop. Dus geen lek. Waarschijnlijk is de motor gaan lekken voor de Lorentzsluis toen we even vol vermogen hebben gevaren om de sluis te halen. Voor de zekerheid een extra fles koelvloeistof gekocht en zo nu en dan maar even checken. De rest van de dag lekt de motor niet meer.

Terwijl ik met de motor bezig ben spelen Wouter en Myrthe in het speeltuintje. Rond een uur of één, vlak voor laagwater vertrekken we zodat we de vloedstroom mee hebben richting Harlingen. Het mag dan Noordoosten wind zijn, maar er is helemaal geen wind. Het is blad stil en de Waddenzee is echt spiegelglad, wat ook een prachtig gezicht is. Zeker zo met laag water lijkt het net of de schepen die verderop varen “over het zand” varen. Het eerste uur motoren we door het Schuitengat, de Slenk en de West Meep. Door het vlakke water kan je zeehondjes heel goed zien en we spotten er zeker vijf, elke keer komen Myrthe en Wouter weer naar buiten gerend om te kijken. Verder zitten ze vooral binnen te spelen terwijl het toch heerlijk weer is.

Als we de Blauwe Slenk indraaien voelen we een zuchtje wind en hijsen we de zeilen. Door de stroom geholpen lopen we toch vier knopen en dat zonder het lawaai van de motor. Geleidelijk gaat het steeds wat harder waaien (en stromen), en als we langs de Pollendam varen hebben een snelheid van meer dan 10 knopen over de grond. Dan schieten die boeien we heel snel voorbij! We besluiten door te varen naar Makkum, want daar zijn we nog niet geweest. Door de Boontjes hebben we het eerste stuk stroom tegen, en op twee oren met uitgeboomde fok zakt onze snelheid over de grond terug naar minder dan drie knopen. Nou ja het is een prachtige avond en de Lorentzsluis wordt dag en nacht bediend dus wat maakt het uit.

‘s Avonds rond een uur of zeven meren we af in Makkum. Wouter is niet lekker en vooral ook moe, maar Myrthe wil wel graag nog naar het plaatsje toe. Ranka is ook moe en blijft met Wouter bij de boot en ik ga met Myrthe Makkum verkennen. Het is nog een heel stuk lopen, dus als we in het plaatsje aankomen hebben we wel trek. Myrthe wil eigenlijk het eerste restaurant wat we zien inlopen, want ze is nu ook moe, maar het lukt om ook de laatste honderd meter naar de hoofdstraat te lopen waar we gezellig een hapje eten. Onderweg kijk ik nog of ik de boot van een collega, de “Manitou” zie liggen, maar die kunnen we niet vinden. Myrthe wil terug door parkje/bos teruglopen. We komen inderdaad bij de haven uit, maar wel met een sloot tussen ons en de haven in. We struinen een hellingtje af, door een tuin, een hek dat open is en staan weer in de haven, natuurlijk verteld Myrthe dit “avontuur” uitgebreid aan Ranka.

Dinsdag is het (weer) prachtig weer. ‘s Ochtends spelen Myrthe en Wouter in de speeltuin en het zwembad – dat deze kindvriendelijke haven heeft – met twee kinderen die ze op Terschelling hebben leren kennen. Rond het middaguur vertrekken we met een heerlijk noorden wind. Net als we de fok uitgeboomd hebben ruimt de wind naar het noordoosten en kan de spinnakerboom weer opgeborgen worden. Met ruime wind hebben we een heerlijk relaxte zeiltocht naar Enkhuizen. Daar komt er wel een bui aan, maar we kiezen er toch voor om door te varen naar Hoorn omdat we daar nog niet geweest zijn. Het laatste stuk staat er een lekker windje en we zeilen de voorhaven van Hoorn met een noodgang in, waar we het schip in de wind leggen en het zeil strijken. Ranka vind het niet zo’n heel goed idee, maar ja zo hebben we het hier een jaar of tien geleden geleerd toen we in Hoorn samen met Inger en Wouter voor het eerst een zeilles kregen als voorbereiding op een flottielje in Athene. Gelukkig gaat het prima en even later liggen we op een prachtig plekje in de haven van W.S.V. Hoorn met een prachtig uitzicht op de Hoofdtoren van Hoorn. We eten met dit mooie uitzicht lekker buiten in de boot en halen daarna nog een ijsje.

20130509-062115.jpg

20130509-062151.jpg

20130509-062527.jpg